Bij het Havikconcert 2021
Hoe mooi een lichaam ademhaalt, en mooier: dat
jij dat lichaam bent en dat je naast me ligt.
Dat deze nacht een waarheid is, denk ik,
tot een van ons zich in de ochtend heeft vergist –
niemand die ons hier, op dit moment, in dit prachtig bed
nog mist. We verschuilen ons voor weer een nieuwe zon,
luisteren naar Gershwin, Britten, Weill – straks moeten
we ergens zijn, maar nu nog niet. We halen adem
in een lied en bestaan in deze nachtmuziek.
De wereld wacht niet op ons woelen, niemand houdt zich
in tot we ontwaken, geen mens stelt zijn agenda af
op ons slapen. Ik weet het, en het doet me niets –
nu zijn we hier, nu ben je mooi, nu heb ik je lief.